Op dit weblog vind je veel verslagen van geslaagde vliegtochten, groot en klein. Zoals elke piloot probeer ik zoveel mogelijk te vliegen, zolang tijd en budget dat toestaat. Maar minstens zo vaak gaat een vlucht niet door omdat het weer niet voldoende goed is. Gisteren was zo’n dag. In deze posting neem ik je mee in de gedachtengang en het beslistraject.
De weersvoorspellingen voor het weekend waren goed. Na een periode van veel regen, zou het droog en zonnig zijn. Dus ik reserveerde bij de vliegclub een toestel voor zondag 21 november, van 12:00 tot 14:00 . De volgende stap is om een route te bepalen. Ik zou iets meer dan een uur kunnen vliegen, want je wil natuurlijk dat de volgende piloot om 14:00 ook weer het toestel tot zijn beschikking heeft.
Op zaterdag was het weer perfect, dus ‘s avonds begon ik aan mijn vluchtvoorbereiding. Ik tekende de route op de kaart, ik bekeek de NOTAMs en de route aandachtig (welke snelwegen kom ik tegen, welke rivieren, welke hoge punten, door welke luchtruimklasses vlieg ik heen, et cetera). Een goede voorbereiding is het halve werk en dit is ook onderdeel van het plezier van het vliegen. Feitelijk vlieg je de vlucht al een paar keer in je hoofd.
Zondagochtend stond ik om 09:00 op. Ruim op tijd om rustig een hapje te eten, de laatste meteo te bekijken, de windcorrectie voor de te volgen koers in te zetten. Maar toen ik naar buiten keek, viel het even tegen: dikke mist. De METAR van Eindhoven gaf hetzelfde aan: zicht 100 meter en overcast op 0 voet.
De volgende stap is om naar de TAF te kijken: wat geeft de voorspelling voor weer aan? Die was helaas nog niet bijgewerkt die ochtend, maar een blik op de METAR en TAF van andere luchthavens in de buurt gaf nog goede hoop: het weer zou rond 10:00 openbreken.
In een deel van Nederland gebeurde dat ook wel rond 10:00, behalve rond Eindhoven. De nieuwe voorspelling gaf aan dat het om 12:00 wel OK moest zijn. Maar naarmate de tijd vorderde, werden de voorspellingen minder gunstig: om 12:00 was 4 km zicht voorspeld.
Op dat moment werd het tijd om mijn route opnieuw te bekijken. Ik vertrok vanuit klasse C airspace: daar moet je 5 km zicht hebben om in te mogen vliegen. Dus dat zou een no-go zijn. Maar onder omstandigheden kun je een special VFR clearance krijgen, en dan heb je minder zicht nodig. Dus ik zou kunnen vertrekken. De route ging echter door klasse E space heen, en voor VFR vluchten heb je daar 8 km zicht nodig. Dat zou het zeker niet worden.
Natuurlijk kon ik mijn route aanpassen. Maar het was inmiddels 11:00, dus ik zou weinig tijd hebben om die route goed uit te werken. Daarnaast ben ik in en om Eindhoven nog niet heel bekend met herkenningspunten, en 4 km zicht is toch betrekkelijk weinig als je met bijna 200 km/uur vliegt: dat leg je in iets meer dan een minuut af. Dus je ziet een herkenningspunt pas een minuut voordat je er bent. Da’s betrekkelijk kort.
Al die factoren gecombineerd zorgde ervoor dat ik om 11:00 besloot om mijn vlucht niet door te laten gaan. Er komen nog genoeg momenten dat het weer wel voldoende is om de geplande vlucht te kunnen maken.
Achteraf bleek dat het zicht tot na 14:00 op het vliegveld beperkt was tot 2 kilometer, en het wolkendek zich al op 100-200 meter boven Eindhoven sloot. Die omstandigheden alleen waren al voldoende geweest om de vlucht niet door te laten gaan.
Voor mij -en ik hoop voor elke piloot- is het echter zeer belangrijk om autonoom die go/no-go beslissing te nemen: op een gegeven moment veranderen er teveel factoren waardoor je je vluchtvoorbereiding niet meer 100 % hebt kunnen doen. Dat geeft al extra druk, waardoor je wellicht in een overstress situatie komt wanneer er in de lucht ook nog zaken anders verlopen dan gepland (uitval GPS, toch minder zicht onderweg, etc etc).